Op een vrijdagavondspreekuur alweer een aantal maanden geleden kregen we de kat Lorenzo, een Blauwe Rus kater van 10 jaar oud op ons spreekuur. Lorenzo is geen onbekende van ons, in het verleden heeft hij regelmatig nies en hoestaanvallen gehad, maar sinds het wisselen van kattenbakvulling is dat helemaal over. Die dag voelde Lorenzo zich echter niet goed. Bij ons lichamelijk onderzoek bleek al snel waarom: de kleur van zijn slijmvliezen was niet roze zoals normaal, maar papierbleek.
Dit kan meerdere oorzaken hebben, bijvoorbeeld ernstige bloedarmoede maar ook een niet goed functionerend hart. Verder onderzoek was dus nodig. Lorenzo werkte goed mee met de bloedafname en uit het onderzoek van het bloedmonster wat we direct in de praktijk konden onderzoeken bleek dat er een levensgevaarlijke bloedarmoede aanwezig was.

Het normale percentage rode bloedcellen in het bloed van de kat is tussen de 25 en de 45 %. Bij Lorenzo was het nog maar 9,8 %. Hierdoor kan er niet voldoende zuurstof in het bloed getransporteerd worden. Bij een percentage beneden de 10 % moet er een bloedtransfusie gegeven worden om het dier in leven te kunnen houden, onafhankelijk van de oorzaak van de bloedarmoede.

Want dat was natuurlijk de volgende vraag: hoe kwam Lorenzo zo plotseling aan zo’n ernstige bloedarmoede? Als de oorzaak van de bloedarmoede ongeneeslijk zou zijn heeft het niet veel zin om een bloedtransfusie te geven maar moeten we aan euthanasie gaan denken.

Een veel voorkomende oorzaak van ernstige bloedarmoede bij de kat is een infectie met 1 van de gevreesde virusziekten bij de kat, Feline virusleukemie, kattenaids en FIP. Met een sneltest konden we in 10 minuten aantonen dat dit gelukkig niet het geval was.

Uit de andere waarden van het bloedonderzoek konden we geen definitieve conclusies trekken over de oorzaak van het bloedonderzoek en in overleg met de eigenaar is toen besloten om Lorenzo door te sturen naar de universiteitskliniek voor gezelschapsdieren voor een bloedtransfusie en verder onderzoek.

Katten hebben, net als mensen, een bloedgroep. Voordat een transfusie kan plaatsvinden moet eerst een bloedgroepbepaling gedaan worden. Er is in Nederland een veteriniare bloedbank, waar dierenbloed besteld kan worden. Helaas zit deze in het oosten van het land en kan het soms, zelfs met een speciale koerier, een paar uur duren voordat het bloed beschikbaar is. Lorenzo had geluk, de eigenaar heeft nog een andere kat als huisgenoot, Gabber, die bloeddonor voor hem kon zijn zodat het bloed snel beschikbaar was.

Na de eerste transfusie en de opname op de intensieve zorg afdeling in Utrecht knapte Lorenzo nog niet voldoende op. 2 volgende transfusies waren noodzakelijk. Door verder onderzoek werd de oorzaak van de bloedarmoede gevonden. Het ging om een besmetting met de Mycoplasma Haemofelis, besmettelijke bloedarmoede, een soort bacterie die de bloedcellen van de kat aantast waardoor het imuunsysteem van de kat de eigen rode bloedcellen gaat afbreken. Helaas weten we nog niet alles over dit “beestje”. Het is besmettelijk, maar toch wordt het tussen katten uit 1 huishouden meestal niet overgedragen. Besmetting zou kunnen komen door vlooienbeten of vechten van katten onderling.

De behandeling bestaat uit het geven van antibiotica. Helaas lukt het meestal niet om het “beestje” definief te elimineren. In periodes van stress of verminderde weerstand kan er weer een opflikkering van de ziekte optreden.

Lorenzo is nog niet medicijnvrij en zijn bloed moet nog regelmatig gecontroleerd worden, maar mede dankzij zijn donorhuisgenoot Gabber is hij nog in leven en kan daar weer volop van genieten!

Lorenzo-en-gabber

Naschrift: Helaas is Lorenzo, na een goede periode van 6 maanden vanwege terugkerende ophoping van vocht in de borstholte met als gevolg ernstige benauwdheid op 14 maart 2011 geëuthanaseerd.